Dutch Meaning of coping
coping
Other Dutch words related to coping
- doet
- passerend
- beheren
- overlevenden
- verzorgende
- met elkaar overweg kunnen
- rondkomen
- krijgen
- Zich redden
- De eindjes aan elkaar knopen
- Improviseren
- verschuivend
- verdergaand
- verzinnen
- uitknijpen
- Voor zichzelf opkomen
- blijvend
- Schrapen (langs of door)
- schrapen (uit)
- scharrelen
- knijpen
- schommelend
- worstelen
- wringen
Nearest Words of coping
Definitions and Meaning of coping in English
coping (n)
brick that is laid sideways at the top of a wall
FAQs About the word coping
coping
brick that is laid sideways at the top of a wall
doet,passerend,beheren,overlevenden,verzorgende,met elkaar overweg kunnen,rondkomen,krijgen,Zich redden,De eindjes aan elkaar knopen
instortende,afnemend,mislukkend,tekortschieten,spartelend,sissen,dalend,afnemende,opgeven,wegebbende
co-pilot => Copiloot, copilot => Copiloot, copier => kopieerapparaat, copestone => dekplaat, copesettic => passend,