Dutch Meaning of commensal

commensaal

Other Dutch words related to commensaal

Definitions and Meaning of commensal in English

Wordnet

commensal (n)

either of two different animal or plant species living in close association but not interdependent

Wordnet

commensal (a)

living in a state of commensalism

FAQs About the word commensal

commensaal

either of two different animal or plant species living in close association but not interdependent, living in a state of commensalism

afhankelijk,symbiotisch,mutualistisch,associatief,collaboratief,collectief,gemeenschappelijk,coöperatie,gewricht,wederzijds

autonoom,onafhankelijk,individu,niet wederkerig,asociaal,meerdere,eenzaam,niet-complementair,Semi-autonoom,nestjong

commendation => aanbeveling, commendable => prijzenswaardig, commend => prijzen, commencement exercise => Start van de oefening, commencement day => diploma-uitreiking,