Dutch Meaning of boozy
Beschonken
Other Dutch words related to Beschonken
- dronken
- dronken
- gefrituurd
- nat
- alcoholist
- dolverliefd
- blind
- Knetterbezopen
- scheel
- krom
- vergast
- gehamerd
- hoog
- aangetast
- Dronkeman
- Beschonken
- dronken
- verlicht
- geladen
- lus
- augurk
- loens
- gepleisterd
- gescheurd
- dronken
- geplet
- gemarineerd
- Beschonken
- dronken
- gestoofd
- stijf
- stinkend
- stoned
- suffelig
- strak
- dronken
- niet lekker in zijn vel zitten
- verspild
- flitsend
- sappig
- leeg getankt
- Stomdronken
- Ladderzat
- onder invloed
- bierachtig
- verbijsterd
- Drinklustig
- opgeblazen
- met bleke ogen
- ingeblikt
- Beschonken
- losbandig
- verspreid
- ongebonden
- slaperig
- sentimenteel
- geolied
- pot
- verbluft
- weggevaagd
- dronken
- in the pocket
- verlicht
- dronken
- afgemat
Nearest Words of boozy
Definitions and Meaning of boozy in English
boozy (s)
given to or marked by the consumption of alcohol
boozy (a.)
A little intoxicated; fuddled; stupid with liquor; bousy.
FAQs About the word boozy
Beschonken
given to or marked by the consumption of alcoholA little intoxicated; fuddled; stupid with liquor; bousy.
dronken,dronken,gefrituurd,nat,alcoholist,dolverliefd,blind,Knetterbezopen,scheel,krom
droog,nuchter,recht,matig,cool,niveau,stabiel,Onthouder,gematigd,onthouder
boozing => Zuipen, booze-up => Zuippartij, boozer => zuiplap, boozed => dronken, booze => Bier,