Dutch Meaning of assembled
geassembleerd
Other Dutch words related to geassembleerd
- bijeengeroepen
- convergerend
- verzameld
- ontmoette
- ontmoet
- geclusterd
- samenwerkte
- verzameld
- geconcentreerd
- geconcentreerd
- conglomeraat
- vergaderd
- Samenwerkte
- bijeenkwamen
- bijeengekomen
- bij elkaar kwam
- verbonden
- samengevoegd
- Gelieerd
- geallieerden
- geassocieerd
- Geband (samen)
- overlegden in caucus
- club
- geconfedereerd
- samengevoegde
- geconsolideerd
- verenigd
- gekoppeld
- federaal
- sloegen de handen ineen
- Geassembleerd
- bijeengeroepen
- weer bijeengebracht
- verenigd
Nearest Words of assembled
- assembler => assembler
- assemblies => vergaderingen
- assemblies of god => Vergaderingen van God
- assembling => assemblage
- assembly => vergadering
- assembly hall => Vergaderzaal
- assembly language => Assembler
- assembly line => Assemblagelijn
- assembly plant => Assemblagefabriek
- assembly program => Assemblageprogramma
Definitions and Meaning of assembled in English
assembled (imp. & p. p.)
of Assemble
FAQs About the word assembled
geassembleerd
of Assemble
bijeengeroepen,convergerend,verzameld,ontmoette,ontmoet,geclusterd,samenwerkte,verzameld,geconcentreerd,geconcentreerd
Zijn uit elkaar gegaan,overleden,opgeheven,verspreid,Links,uit elkaar gaan,Vertrok,losgekoppeld,gedissocieerd,Verdeeld
assemble => samenstellen, assemblance => gelijkenis, assemblage => samenstelling, assegai => assagai, assecution => verwerving,