FAQs About the word magnetizer

magnetiseerder

One who, or that which, imparts magnetism.

boeien,charme,plezier,betoveren,verleiden,fascineren,lokmiddel,verleiden,aantrekkingskracht,misleiden

beledigen,afstoten,opstand,irriteren,saai,afkeer,mishagen,ergeren,band,vermoeid

magnetizee => magnetiseren, magnetized => gemagnetiseerd, magnetize => Magnetiseren, magnetization => Magnetisatie, magnetizable => magnetiseerbaar,