Dutch Meaning of love-sick
love-sick
Other Dutch words related to love-sick
- aanbiddende
- zorgzaam
- toegewijd
- liefhebbend
- gepassioneerd
- aanhankelijk
- verliefd
- meelevend
- aanhalig
- verliefd
- vurig
- fan
- vriendelijk
- humaan
- gepassioneerd
- vriendelijk
- Romantisch
- amoureus
- vurig
- broederlijk
- attent
- hartelijk
- vaderlijk
- vergevend
- moederlijk
- papperig
- melig
- Sentimenteel
- zusterlijk
- mals
- Meelevend
- begrip
- warm
- Hartelijk
- zoetgevooisd
- afstandelijk
- antisociaal
- koud
- cool
- losstaand
- Onthecht
- ver gelegen
- droog
- ijzig
- onverschillig
- afstandelijk
- meedogenloos
- afgelegen
- gereserveerd
- afstandelijk
- onbuigzaam
- onverschillig
- Ongeremd
- ongevoelig
- niet-betrokken
- hardvochtig
- koudbloedig
- Koudbloedig
- koud
- Harteloos
- harteloos
- meedogenloos
- Zielloos
- onvriendelijk
- onromantisch
- nuchter
- hardgekookt
- ongeliefd
Nearest Words of love-sick
Definitions and Meaning of love-sick in English
love-sick (a.)
Languishing with love or amorous desire; as, a love-sick maid.
Originating in, or expressive of, languishing love.
FAQs About the word love-sick
Definition not available
Languishing with love or amorous desire; as, a love-sick maid., Originating in, or expressive of, languishing love.
aanbiddende,zorgzaam,toegewijd,liefhebbend,gepassioneerd,aanhankelijk,verliefd,meelevend,aanhalig,verliefd
afstandelijk,antisociaal,koud,cool,losstaand,Onthecht,ver gelegen,droog,ijzig,onverschillig
loveseat => Tweezitsbank, lovery => lief, loverwise => liefdesachtig, loverly => lief, loverlike => verliefd,