Dutch Meaning of lives
levens
Other Dutch words related to levens
Nearest Words of lives
Definitions and Meaning of lives in English
lives (pl.)
of Life
lives (n.)
pl. of Life.
lives (a. & adv.)
Alive; living; with life.
FAQs About the word lives
levens
of Life, pl. of Life., Alive; living; with life.
biografieën,Herinneringen,autobiografieën,BIOS,geschiedenissen,Karakterbeschrijvingen,kronieken,Heiligenlevens,overlijdensberichten,verledentijd
dieren,Beesten,beesten,zwijnen,beestjes
liverymen => liverymen, liveryman => Koerier, livery stable => Koetshuis, livery driver => chauffeur, livery company => Gilden,
