Dutch Meaning of infrequence
onregelmatigheid
Other Dutch words related to onregelmatigheid
Nearest Words of infrequence
- infratrochlear => infraorbitaal
- infraterritorial => subnationaal
- infratemporal => infratemporaal
- infrastructure => infrastructuur
- infrasternal => infrasternaal
- infrastapedial => infrastapedius
- infraspinous => infraspinatus
- infraspinate => infraspinatus
- infraspinal => infraspinaal
- infrasonic => infrasoon
Definitions and Meaning of infrequence in English
infrequence (n.)
Alt. of Infrequency
FAQs About the word infrequence
onregelmatigheid
Alt. of Infrequency
onregelmatigheid,ongewoonheid,ongebruikelijkheid,zeldzaamheid
frequentie,prevalentie,uiterlijk,chroniciteit,Gemeenzaamheid,bestendigheid,frequentie,frequentie,incidentie,Voorkomst
infratrochlear => infraorbitaal, infraterritorial => subnationaal, infratemporal => infratemporaal, infrastructure => infrastructuur, infrasternal => infrasternaal,
