Dutch Meaning of indigenousness
autochtoonheid
Other Dutch words related to autochtoonheid
Nearest Words of indigenousness
- indigent => behoeftig
- indigently => behoeftig
- indigest => Spijsverteringsproblemen
- indigested => Niet verteerd
- indigestedness => Spijsverteringsstoornis
- indigestibility => Onverteerbaar
- indigestible => Onverteerbaar
- indigestibleness => Onverteerbaarheid
- indigestion => Spijsverteringsstoornis
- indigirka => Indigirka
Definitions and Meaning of indigenousness in English
indigenousness (n)
nativeness by virtue of originating or occurring naturally (as in a particular place)
FAQs About the word indigenousness
autochtoonheid
nativeness by virtue of originating or occurring naturally (as in a particular place)
aboriginaal,Inheems,autochtoon,Huiselijk,endemisch,Lokaal,geboren,origineel,regionaal
vreemdeling,Exotisch,buitenlands,geïntroduceerd,niet-inheems,niet-autochtoon,expat,immigrant,geïmporteerd,vreemd
indigenously => inheems, indigenous language => Inheemse taal, indigenous => Inheems, indigene => Inheemse, indigency => armoede,
