FAQs About the word henpeck

henpeck

To subject to petty authority; -- said of a wife who thus treats her husband. Commonly used in the past participle (often adjectively).

irriteren,smeken,storen,hond,hond,zeuren,naald,muggenziften,aandrang,pikken

prijzen,compliment,Prijzen,Lof,aanraden,applaudisseren,opbouwen,alles,toejuiching,prijzen

henotic => henotheïstisch, henotheism => Henotheïsme, henogenesis => parthenogenese, henoge ny => Henodzh ny, hen-of-the-woods => Hen van de bossen,