Dutch Meaning of hard-bitten
gehard
Other Dutch words related to gehard
- gehard
- winterhard
- robuust
- fors
- sterk
- stevig
- taai
- krachtig
- gietijzer
- duurzaam
- Vuursteen
- hard
- gezond
- verwend
- veerkrachtig
- robuust
- standvastig
- taai
- gehard
- gezond
- Gloeiend
- gespierd
- duurzaam
- eeuwig
- geschikt
- bloeiend
- versterkt
- gezond
- husky
- onsterfelijk
- onbederfelijk
- blijvend
- lederachtig
- wellustig
- Gespierd
- permanent
- bloeiend
- bloeddorstig
- kruidig
- geluid
- stabiel
- standvastig
- Watervast
- getemperd
- florerend
- onverzettelijk
- viriel
- verblijf
- teer
- ontmand
- verzwakt
- zacht
- mals
- verspild
- Zwak
- verzwakt
- versleten
- kreupel
- verzwakt
- ziek
- verzwakt
- uitgeput
- kwetsbaar
- zwak
- arbeidsongeschikt
- zwak
- nietig
- vervallen
- uitgeput
- gevoelig
- vatbaar
- Tijdelijk
- voorbijgaand
- ondeugdelijk
- kwetsbaar
- Versleten
- Niet winterhard
- sterfelijk
- bederfelijk
- onweerstaanbaar
- niet-resistente
- toegeeflijk
Nearest Words of hard-bitten
Definitions and Meaning of hard-bitten in English
hard-bitten (s)
tough and callous by virtue of experience
FAQs About the word hard-bitten
gehard
tough and callous by virtue of experience
gehard,winterhard,robuust,fors,sterk,stevig,taai,krachtig,gietijzer,duurzaam
teer,ontmand,verzwakt,zacht,mals,verspild,Zwak,verzwakt,versleten,kreupel
hardbeam => Beuk, hardball => harde bal, hard-baked => hardgebakken, hardbake => hard brood, hardbacked => Hardcover,