Dutch Meaning of fearsomeness
angstwekkendheid
Other Dutch words related to angstwekkendheid
- griezelig
- griezeligheid
- angst
- spookachtigheid
- afschuwelijkheid
- griezelig
- eng
- doodsstrijd
- angst
- gruwelijkheid
- Slechtheid
- Laagheid
- Verdorvenheid
- verachtelijkheid
- verfoeilijkheid
- verschrikkelijkheid
- kwaad
- boosaardigheid
- vuiligheid
- angstwekkendheid
- gruwelijkheid
- gruwelijkheid
- Gruweldaad
- afschuwelijkheid
- Zedeloosheid
- ellende
- afstotelijkheid
- zondigheid
- kwelling
- Marteling
- boosaardigheid
- Gemeenheid
- slechtheid
- vervloeking
- vervloeking
- walglijkheid
- hels
- afgunst
- Verwerpelijkheid
- gruweldaad
- Gruweldaad
- Deplorabiliteit
- verdorvenheid
- afgrijselijkheid
- Afzichtelijkheid
- Horror
- onrecht
- monster
- goddeloosheid
- duivels
- onrechtvaardigheid
Nearest Words of fearsomeness
Definitions and Meaning of fearsomeness in English
fearsomeness
timid, intense, extreme, timid, timorous, causing fear
FAQs About the word fearsomeness
angstwekkendheid
timid, intense, extreme, timid, timorous, causing fear
griezelig,griezeligheid,angst,spookachtigheid,afschuwelijkheid,griezelig,eng,doodsstrijd,angst,gruwelijkheid
vriendelijkheid,beroep,wenselijkheid,Aangenaamheid (aangenaamheid),genot,verleiding,attractie,aantrekkelijkheid,behaaglijkheid,wenselijkheid
fears => Vrezen, fealties => huldes, fazing => fasering, fazes => fasen, fays => feeën,