Dutch Meaning of cross-stitched
Gekruiststeekt
Other Dutch words related to Gekruiststeekt
Nearest Words of cross-stitched
- crossroad(s) => Kruispunt
- cross-questioning => Kruisverhoor
- cross-questioned => ondervraagd
- crosspatches => Crosspatches
- crossing paths (with) => paden kruisen (met)
- crossing (up) => oversteken (omhoog)
- crossing (out) => <crossing (out)/>
- cross-examining => Kruisverhoor
- cross-examined => Kruisverhoord
- cross-examine => Kruisverhoor
Definitions and Meaning of cross-stitched in English
cross-stitched
a needlework stitch that forms an X, needlework having cross-stitches, work having cross-stitch
FAQs About the word cross-stitched
Gekruiststeekt
a needlework stitch that forms an X, needlework having cross-stitches, work having cross-stitch
geborduurd,gebreid,Gehaakt,geveld,afgewerkt,Breien,bewolkt,gequilteerd,gestikt,begoten
ongenaaid
crossroad(s) => Kruispunt, cross-questioning => Kruisverhoor, cross-questioned => ondervraagd, crosspatches => Crosspatches, crossing paths (with) => paden kruisen (met),
