Dutch Meaning of communicator
communicator
Other Dutch words related to communicator
Nearest Words of communicator
- communicativeness => communicativiteit
- communicative => communicatief
- communications technology => Communicatiemiddelen
- communications security establishment => Instelling voor communicatiebeveiliging
- communications satellite => Communicatiesatelliet
- communications protocol => Communicatieprotocol
- communications intelligence => Communicatie-inlichtingen
- communications => communicatie
- communicational => communicatief
- communication trench => Communicatieloopgraaf
- communicatory => communicatief
- communion => avondmaal
- communion table => communietafel
- communique => communiqué
- communisation => communisering
- communise => Gemeenschappelijk maken
- communism => communisme
- communism peak => Communistisch hoogtepunt
- communist => communist
- communist china => communistisch China
Definitions and Meaning of communicator in English
communicator (n)
a person who communicates with others
FAQs About the word communicator
communicator
a person who communicates with others
Ambassadeur,promotor,prater,agent,afgevaardigde,gezant,gezant,voorzijde,mondstuk,vertegenwoordiger
No antonyms found.
communicativeness => communicativiteit, communicative => communicatief, communications technology => Communicatiemiddelen, communications security establishment => Instelling voor communicatiebeveiliging, communications satellite => Communicatiesatelliet,
