Dutch Meaning of communicate (with)
communiceren (met)
Other Dutch words related to communiceren (met)
- Contactpersoon
- bereiken
- adres
- gesprek
- krijgen
- Bemachtigen
- contact opnemen met
- contact krijgen met
- informeren
- Blijf in contact met
- vertellen
- contact leggen (met)
- bekend maken
- adviseren
- inlichten
- beknopt
- aanwijzing
- verlichten
- vertrouwd maken met
- invullen
- instrueren
- bijblijven
- op de hoogte brengen
- telefoon
- bellen
- telefoon
- wijs
Nearest Words of communicate (with)
Definitions and Meaning of communicate (with) in English
communicate (with)
No definition found for this word.
FAQs About the word communicate (with)
communiceren (met)
Contactpersoon,bereiken,adres,gesprek,krijgen,Bemachtigen,contact opnemen met,contact krijgen met,informeren,Blijf in contact met
No antonyms found.
communes => Gementen, communed => samen, commoving => ontroerend, commotions => beroeringen, commonwealths => Gemenebesten,