Dutch Meaning of belting up
vastgespen
Other Dutch words related to vastgespen
Nearest Words of belting up
Definitions and Meaning of belting up in English
belting up
shut up
FAQs About the word belting up
vastgespen
shut up
opklemmen,afkoeling,drogen,de vrede bewaren,sissen,No disponible,kalmerend,Vestigen (omlaag),zwijgen,kalmeren
spreken,Spreken,spreken,spuiten (uit),spreken,opborrelen,afgaan,over praten
belting (down) => stortbui, belter => Belter, belted (down) => met riem, belt (down) => riem (omlaag), below par => ondermaats,