Dutch Meaning of ambassadresses
Ambassadrices
Other Dutch words related to Ambassadrices
- ambassadeurs
- consuls
- Diplomaten
- agenten
- Attachés
- Chargé d'affaires
- Afgevaardigden
- Gedeputeerden
- gezanten
- gezanten
- ministers van Buitenlandse Zaken
- legati
- ministers
- missionarissen
- proxies
- vertegenwoordigers
- apostelen
- koeriers
- deputaten
- detachementen
- evangelisten
- legaties
- boodschappers
- mondstukken
- nuntii
- advocaten
- woordvoerders
Nearest Words of ambassadresses
Definitions and Meaning of ambassadresses in English
ambassadresses
a woman who is an ambassador, the wife of an ambassador
FAQs About the word ambassadresses
Ambassadrices
a woman who is an ambassador, the wife of an ambassador
ambassadeurs,consuls,Diplomaten,agenten,Attachés,Chargé d'affaires,Afgevaardigden,Gedeputeerden,gezanten,gezanten
No antonyms found.
ambassadors => ambassadeurs, amalgams => amalgaams, amalgamations => samensmeltingen, amahs => kindermeisjes, altruisms => Altruïsme,
