Dutch Meaning of all
allen
Other Dutch words related to allen
- absoluut
- volledig
- genoeg
- gehele
- geheel
- zelfs
- precies
- snel
- volledig
- uit
- perfect
- heel
- grondig
- volledig
- volkomen
- okay
- volledig
- breed
- overal
- helemaal
- totaal
- ten slotte
- in principe
- Schoon
- dood
- plat
- vol
- van harte
- meestal
- gezond
- alle
- met beide benen op de grond
- in lijn
- for fair
- in zijn geheel
- in stukjes
- aan stukken
- in overvloed
- over het algemeen
- categorisch
- hoofdzakelijk
- koud
- overvloedig
- ronduit
- over het algemeen
- royaal
- zeer
- zonder twijfel
- grotendeels
- voornamelijk
- meer of minder
- totaal
- eenvoudig
- loodrecht
- overwegend
- primair
- hoofdzakelijk
- steen
- aanzienlijk
- door en door
- tot op het heft
- onvoorwaardelijk
- overheersend
- maximaal
Nearest Words of all
Definitions and Meaning of all in English
all (a)
(quantifier) used with either mass or count nouns to indicate the whole number or amount of or every one of a class
all (s)
completely given to or absorbed by
all (r)
to a complete degree or to the full or entire extent (`whole' is often used informally for `wholly')
all (a.)
The whole quantity, extent, duration, amount, quality, or degree of; the whole; the whole number of; any whatever; every; as, all the wheat; all the land; all the year; all the strength; all happiness; all abundance; loss of all power; beyond all doubt; you will see us all (or all of us).
Any.
Only; alone; nothing but.
all (adv.)
Wholly; completely; altogether; entirely; quite; very; as, all bedewed; my friend is all for amusement.
Even; just. (Often a mere intensive adjunct.)
all (n.)
The whole number, quantity, or amount; the entire thing; everything included or concerned; the aggregate; the whole; totality; everything or every person; as, our all is at stake.
all (conj.)
Although; albeit.
FAQs About the word all
allen
(quantifier) used with either mass or count nouns to indicate the whole number or amount of or every one of a class, completely given to or absorbed by, to a co
absoluut,volledig,genoeg,gehele,geheel,zelfs,precies,snel,volledig,uit
nauwelijks,half,halverwege,nauwelijks,slechts,gedeeltelijk,gedeeltelijk,nauwelijks,onvolledig,marginaal
alkyne => alkynen, alkylic => Alkyl, alkylbenzenesulfonate => Alkylbenzeensulfonaat, alkylbenzene => Alkylbenzeen, alkylating agent => Alkyleringsmiddel,