Dutch Meaning of air-condition
airconditioning
Other Dutch words related to airconditioning
Nearest Words of air-condition
- air-conditioned => voorzien van airconditioning
- air-conditioner => Airconditioning
- air-cool => luchtgekoeld
- air-cooled => luchtgekoeld
- aircraft => vliegtuig
- aircraft carrier => vliegdekschip
- aircraft engine => Vliegtuigmotor
- aircraft landing => Vliegtuiglanding
- aircraftman => Vlieger
- aircraftsman => vlieger
Definitions and Meaning of air-condition in English
air-condition (v)
control the humidity and temperature of
equip with an apparatus for controlling the humidity and temperature
FAQs About the word air-condition
airconditioning
control the humidity and temperature of, equip with an apparatus for controlling the humidity and temperature
cool,bevriezen,Vorst,ijs,supercool,chill,Snelvriezen,afkoelen,ventileren
hitte,Stoom,Toast,warm,bakken,koken,Magnetron,humeur,grillen,warmtebehandelen
airbus => Airbus, airburst => Luchtbarsting, air-built => Luchtkasteel, airbrush => Airbrush, air-breathing => lucht-ademend,