Dutch Meaning of affrights
angstaanjagend
Other Dutch words related to angstaanjagend
- schrikt
- schrikt
- schrikt
- schrikt af
- Alarmen
- alarmeringen
- Schrikken
- schrikken
- paniek
- krabt
- schudden
- schokken
- Spoken
- zorgen
- vrees
- verschrikt
- ongemakken
- ontleden
- ontzet
- verbijstert
- ontmoedigt
- onrust
- leidt af
- ontberingen
- stoort
- schokken
- verstoort
- ongedaan maakt
- ontmannet
- Zenuwachtig maken
- verontrust
- Ontsnaart
- van streek maken
Nearest Words of affrights
Definitions and Meaning of affrights in English
affrights
frighten sense 1, alarm, frighten, alarm, sudden and great fear
FAQs About the word affrights
angstaanjagend
frighten sense 1, alarm, frighten, alarm, sudden and great fear
schrikt,schrikt,schrikt,schrikt af,Alarmen,alarmeringen,Schrikken,schrikken,paniek,krabt
gemakken,verzekert,proost,geruststelt,kalmeert,Consoles,spoort aan,inspireert,troost,moedigt aan
affrays => vechtpartijen, affords => permitteert, affluents => zijrivieren, afflicts => treft, afflictions => Kwellingen,
